Vindingrijk is hét vakblad voor de Nederlandse uitvinder. NOVU-leden ontvangen het magazine viermaal per jaar in de brievenbus. Een digitale versie is voor leden gratis te downloaden via de ledenomgeving van de website. Ook lid worden? Kijk op novu.nl/lid
Kort interview: oorzaak en gevolg
Kort interview: oorzaak en gevolg
Dit artikel verscheen eerder in de Vindingrijk van Lente 2019
Astrid Broeders en Jeanette Pasma zijn twee verpleegkundigen die werken in de palliatieve zorg. Vanuit hun eigen ervaring hebben ze een oorkussentje ontwikkeld dat doorliggen van het oor voorkomt. Een interessant gesprek over fratertjes en slaapmutsjes.
Moeder
Astrid verzorgde in 2012 haar eigen moeder die nog maar op één manier in bed kon liggen. Daardoor ontstond een open wond aan het oor. Er zijn wel ondersteuningen in de handel om dat te verhelpen, maar die zijn niet echt comfortabel. Astrid naaide zelf een kussentje en dat bleek wèl comfortabel. Doordat de druk op het oor nu wegviel kon het oor genezen.
Hospice
Astrid werkt in een hospice waar ongeneeslijk zieke mensen tijdens hun laatste levensfase verblijven. Daar komt dit probleem van doorliggen (decubitus) regelmatig voor. Zo maakte Astrid ook kussentjes voor in het hospice. Andere verpleegkundigen werden enthousiast en zo verspreidde het kussentje zich langzamerhand, maar Astrid had nog geen plannen om het als product op de markt te brengen.
Jeanette
In 2018 besloot ze samen het haar collega Jeanette Pasma om dat wel te doen, want samen zouden ze het wel redden; je kunt samen overleggen en elkaars kwaliteiten elkaar laten versterken. Jeanettes moeder tekende het patroon voor het kussentje. Jeanette en Astrid kregen lockmachines en naaimachines en naaiden samen de kussentjes. Ze bedachten dat het handig was om een verwisselbaar omhulsel te maken en vroegen advies in een stoffenwinkel over de te gebruiken stof. Uiteindelijk wordt het kussentje nu van 100 % katoen gemaakt (dit transpireert niet en is goed wasbaar) en het ‘sloopje’ van 95% katoen met 5% elastaan vanwege de zachtheid en wasbaarheid.
Naam
Bij het bedenken van een naam zijn veel invalshoeken en verschillende aspecten aan de orde gekomen. Er bestaan in de zorg zachte kussentjes die in heel Nederland ‘Jantjes’ of ‘Japies’ worden genoemd. Die herkenbaarheid en ‘aaibaarheid’zochten ze ook voor hun kussentje. Ze wilden een Engelse of Latijnse naam hebben om eventueel internationaal te kunnen werken. De achternaam Broeders is in het Latijn ‘frater’ en zo werd uiteindelijk voor het kussentje de naam ‘fratertje’ gekozen. Het hoesje voor om het kussentje heeft de vorm van een slaapmutsje, dus zo wordt het nu ook genoemd. Ze zijn er in veel verschillende dessins.
KvK
Toen besloten werd tot inschrijving bij de Kamer van Koophandel moest een bedrijfsnaam bedacht worden. Ook hier wilden ze de mogelijkheid voor internationale aanpak open houden. Daarnaast wilden ze zich in de naam niet beperken tot toepassingen voor het oor. Aangezien beide dames in de verpleging werken was Florence Nightingale een logische associatie, maar die naam wordt al heel veel gebruikt. Toen bleek dat Nightingale ook de vertaling is van nachtegaal werd deze naam nog interessanter. Omdat ze met zijn tweeën zijn werd besloten tot ‘Nightingales’. Omdat ze werken vanuit de wens om het beste voor de mens te behalen hebben ze als ondertitel ‘created with care’ gekozen.
NOVU
In een gesprek met bevriende octrooigemachtigden werd verteld dat voor het fratertje een heel specifieke gewichtsverdeling was gevonden (het achterhoofd heeft meer steun nodig dan het voorhoofd). Toen werd de NOVU genoemd. In een deskundigengesprek met Joris Cavelaars en na een quickscan werd contact gezocht met een gepensioneerde octrooigemachtigde, en er loopt nu een aanvraag op het gehele product: vorm, materiaal, gewichtsverdeling, enz..
Marketing
Nu de octrooiaanvraag loopt en het product beschermd is is de stap naar grootschalige afzet gezet. Nightingales heeft deelgenomen aan een congres voor palliatieve zorg in Ede en kreeg direct veel positieve reacties en bestellingen. De dames hebben een groot netwerk in de zorg, waarbij collega’s het product kunnen promoten. Astrid demonstreerde het fratertje ook tijdens de opleiding tot wondverpleegkundige die ze volgde en zo worden veel kanalen voor publiciteit gebruikt. Astrid en Jeanette zien zichzelf als verpleegkundigen, niet als ondernemers. Als ondernemer krijg je met veel nieuwe aspecten te maken. Soms denken ze dat ze te snel gegaan zijn, want ze realiseren zich nog regelmatig dat ze bepaalde aspecten nog niet uitgewerkt hebben. Ze verwachten dat ze bij de NOVU in contact komen met mensen die hun op veel verschillende terreinen kunnen helpen.